Kind-leidster ratio in kinderopvang

23 juni 2013

Kwaliteitsafname kinderopvang

Het is een moeilijke tijd voor de reguliere kinderopvang. Er staan minder medewerkers op een groep (lagere kind-leidster ratio) en vaste krachten worden wegbezuinigd en vervangen door flexwerkers. Flexwerkers worden telkens op andere locaties en groepen geplaatst. Het gevolg is dat zij (en zo ook ze ouders en kinderen) elke dag moeten wennen aan. Zij moeten elke keer de kinderen en collega’s leren kennen, hun weg vinden in de locatie en nagaan wat de stand van zaken is met betrekking tot bijzonderheden van kinderen, wensen van ouders, lopende thema’s of projecten, activiteiten enz.

De combinatie van meer flexwerkers en een lagere kind-leidster ratio gaat ten kosten van de kind-gerichte-tijdbesteding. Het is immers lastig om naast al deze dagelijkse veranderingen de kinderen zo goed te ‘leren kennen’ dat je ook echt aan de ontwikkeling van het kind kan werken en de individuele behoefte van de kinderen kan herkennen. Laat staan wanneer je ook nog eens met minder collega’s op de groep staat.

In het kort:
bezuinigingen -> terugloop kinderopvang -> meer flexwerkers & lagere kind-leidster ratio -> lagere kwaliteit.

Lees ook onderstaand artikel.

 

‘Medewerkers, meld misstanden anoniem’

Kinderopvangmedewerkers die ervaring hebben met het niet naleven van de leidster-kindratio, kunnen dit melden bij de GGD. Dit kan ook anoniem. Met deze oproep vraagt minister Lodewijk Asscher pedagogisch medewerkers om zelf verantwoordelijkheid te nemen voor de afname van kwaliteit.

Onlangs kwam vakbond Abvakabo FNV met de resultaten van een onderzoek onder kinderopvangmedewerkers. 76 procent vindt dat de kwaliteit van hun organisatie onder druk staat door de bezuinigingen. Meer dan de helft van de pm’ers heeft ervaring met het niet naleven van de leidster-kindratio: 56 procent ervaart dit een enkele keer, 32 procent ervaart dit één tot twee dagdelen per week en bij 13 procent komt onderbezetting meer dan twee dagdelen per week voor.

 

Veiligheid
Het onderzoek leidde tot vragen van Tweede Kamerlid Linda Voortman van GroenLinks. Zij wil weten of de minister haar zorgen over de uitkomsten van het onderzoek deelt en dan vooral het punt van de onderbezetting op de groepen. Volgens de medewerkers die dit overkomt, komt hierdoor de veiligheid in het geding. Asscher laat weten zich hier ook zorgen over te maken. Volgens de minister kan de GGD tekortkomingen vaststellen, maar hebben ze niet altijd zicht op alle overtredingen. Om misstanden toch aan te pakken, kunnen medewerkers ook zelf overtredingen aan de kaak stellen bij de GGD.

0-Urencontract
Minder zorgen heeft Asscher over de toename van het aantal 0-urencontracten in de kinderopvang. ‘Ik zie geen direct verband tussen een toename van het aantal 0-urencontracten en de kwaliteit van de kinderopvang’. Vanuit het perspectief van zekerheid voor medewerkers vindt Asscher de toename van flexibele contracten wel ongewenst. In het Sociaal Akkoord is afgesproken om de bescherming van flexibele krachten en vaste krachten beter met elkaar in balans te brengen.

BRON: Kinderopvangtotaal; ministerie van SZW